Aruba begint een nieuw hoofdstuk voor een duurzame toekomst

ORANJESTAD — Na bijna een eeuw economische afhankelijkheid van de olie-industrie sluit Aruba een historisch hoofdstuk af en maakt het de weg vrij voor een schonere, duurzamere en innovatievere toekomst.

Sinds 1924, toen de Lago Oil and Transport Company zich vestigde in San Nicolas, is Aruba een strategisch knooppunt in de wereldwijde olieraffinage. Lago, eigendom van Exxon, groeide uit tot een van de grootste raffinaderijen ter wereld, met meer dan 10.000 werknemers in dienst en decennialang ondersteunend aan de economie van het eiland.

Een paar jaar later, in 1927, opende Arend Petroleum Company Ltd., in opdracht van Royal Dutch Shell, haar deuren in Druif, Oranjestad, in hetzelfde gebouw waar nu de afdeling Human Resources (DRH) is gevestigd. Hoewel kleiner van omvang, speelde Arend Petroleum een belangrijke rol in de economische ontwikkeling van Aruba tot de sluiting in 1953.

Het raffinaderijtijdperk kwam ten einde in 1985, toen Lago haar activiteiten staakte. Duizenden Arubaanse gezinnen zochten naar kansen in het buitenland, terwijl het eiland zelf op zoek ging naar een nieuwe weg vooruit. In de jaren die volgden, probeerden bedrijven zoals Coastal Corporation, Valero Energy Corporation en CITGO Petroleum Corporation de industrie nieuw leven in te blazen, maar zonder blijvend succes. De laatste poging, een overeenkomst met CITGO in 2016, werd in 2019 definitief beëindigd na Amerikaanse sancties tegen PDVSA, het moederbedrijf van CITGO.

Jarenlang zocht de regering van Aruba naar een nieuwe exploitant om de raffinaderij te reactiveren en de economie van San Nicolas te stimuleren. Premier Mike Eman en zijn kabinet erkenden echter wereldwijde trends die duurzaamheid, schone energie en milieubeheer vooropstellen en namen daarom een historische beslissing:
om het oliehoofdstuk definitief af te sluiten en het raffinaderijgebied aan te wijzen voor de ontwikkeling van alternatieve, milieuvriendelijke industrieën.

"De olie-industrie heeft haar historische doel gediend, maar de wereld is veranderd", aldus de regering. "Aruba moet nu overstappen op een economisch model dat is gebaseerd op duurzaamheid, innovatie en schone energie."

Deze beslissing vertegenwoordigt meer dan een industriële verschuiving – het markeert een mentaliteitsverandering. Na 100 jaar afhankelijkheid van olie bevestigt Aruba haar toewijding aan een duurzame toekomst voor haar bevolking.

De plannen voor het voormalige raffinaderijgebied omvatten de ontwikkeling van groene industriële zones, innovatiehubs en werkgelegenheid in hernieuwbare energie en de circulaire economie.

Om deze cruciale energietransitie te ondersteunen, zal de Nederlandse overheid 110 miljoen florin aan financiële steun verstrekken en aanvullende technische en kennisgebaseerde ondersteuning onderzoeken om het gebied zo efficiënt en verantwoord mogelijk te saneren.

Tijdens zijn korte bezoek aan Aruba prees de vertrekkende Nederlandse premier Dick Schoof de Arubaanse regering voor haar beslissing en stond hij stil bij de diepe band die veel Arubaanse gezinnen hebben met de olie-industrie.

"Tientallen jaren lang hebben veel vaders en moeders hun leven opgebouwd en hun gezin onderhouden door middel van werk in deze sector", aldus Schoof. "Dat maakt deze beslissing nog emotioneler voor de Arubaanse gemeenschap, maar duurzaamheid vereist moed."

Minister Geoffrey Wever, minister Gerlien Croes, minister-president Dick Schoof van Nederland premier Mike Eman van Aruba, minister Wendrick Cicilia en Secretaris Ministerraad Indra Duarte, met de olieraffinaderij als achtergrond.